Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Hierom, [1]heilige broeders, die [2]der hemelse roeping deelachtig zijt, [3]aanmerkt den [4]Apostel en [5]Hogepriester [6]onzer belijdenis, Christus Jezus; 1. Namelijk dewijl wij verstaan hebben, dat Christus waarachtig God is, en eene natuur met ons deelachtig is geworden, gelijk in hfdst.12 is bewezen. 2. Dat is, die uit den hemel is, Fillip.3:14, en ons tot hemelse dingen vermaant, 2 Thess.2:14. En alzo onderscheidt hij de gelovige Joden van de ongelovigen en hardnekkigen. 3. Namelijk zo, dat gij Hem gehoorzaam blijft. Het Griekse woord betekent ene aanmerking met grote aandacht. 4. Dat is, gezant des Vaders, om ons den raad Gods van onze zaligheid te openbaren. Zie Joh.20:21. 5. Namelijk om ons met God te verzoenen; van welk ambt hij breder zal handelen in hfdst.56. 6. Dat is, der evangelische leer, waarvan wij belijdenis doen.